Reactie op klimaatstatement van de banksector

dinsdag 3 november 2015

De CEO’s van 11 Nederlandse banken, verenigd in de NVB, hebben vandaag het ‘Klimaatstatement banken’ gepubliceerd. Het is positief dat Gerrit Zalm (ABN Amro, Ralph Hamers (ING), Wiebe Draijer (Rabobank), Maurice Oostendorp (SNS Bank) en andere CEO’s schrijven dat banken klimaatverandering serieus nemen en gezamenlijk verdere stappen willen zetten. In de verklaring staan daartoe diverse relevante voornemens, maar tegelijkertijd grossieren de banken in dit statement in vrijblijvendheid. Het urgentieniveau om klimaatverandering stevig en snel aan te pakken mist nog.



Dat de banken hun klanten waar mogelijk aan willen moedigen om hun CO2-uitstoot te verlagen en hen daarbij willen helpen met producten en diensten, is van groot belang. In de in september gepubliceerde update van het onderzoek naar het beleid van banken constateerde de Eerlijke Bankwijzer dat banken nog belangrijke stappen kunnen zetten in het terugbrengen van hun indirecte uitstoot van broeikasgas emissies: de uitstoot door bedrijven waarin banken investeren.

Ook is het positief dat de CEO’s het belang erkennen van het verduurzamen van de woningvoorraad en vastgoed: in de Europese Unie is vastgoed verantwoordelijk voor 42% van het totale energieverbruik (inclusief het elektriciteitsverbruik in gebouwen) en voor éénderde van de totale broeikasgasuitstoot. Gelet op de enorme hypotheekportefeuille en forse investeringen in vastgoed door Nederlandse banken kunnen zij hierin een belangrijk verschil maken.

Het is ook een stap vooruit dat de banken meer inzicht willen geven in de klimaatimpact van hun leningen en investeringen, bijvoorbeeld door te verduidelijken aan welke sectoren zij kredieten verstrekken. Banken zijn in recente jaren weliswaar transparanter geworden over hun beleid, maar de meeste banken zijn nog niet open genoeg over hun praktijk: hoeveel kredieten verstrekt iedere bank bijvoorbeeld precies aan fossiele energiebedrijven en hoeveel aan duurzame energiebedrijven? Ook over hun beleggingen in het kader van vermogensbeheer zijn veel banken nog niet open: het is vaak niet duidelijk hoeveel een bank belegt in bepaalde sectoren en bedrijven.

Tegelijkertijd grossiert dit statement in vrijblijvendheden:

De CEO’s schrijven dat ze ‘duurzaamheid, klimaatimpact en milieuschade meewegen’ in hun financierings- en investeringsbeslissingen.’ Dat klinkt mooi, maar is ook vaag. Hoeveel gewicht legt duurzaamheid dan in de schaal? Wanneer gaat een investering om die reden niet door? Wat we zouden willen zien is dat banken duidelijk aangeven waar ze de grens trekken, door bijvoorbeeld aan te geven dat ze geen kolencentrales, geen oliewinning in het Noordpoolgebied en geen schaliegas zullen financieren.

De CEO’s schrijven ook dat banken ‘toe werken naar transparantie over de (positieve en negatieve) impact van onze leningen en investeringen op klimaatverandering’. Dat is wel heel erg vrijblijvend. Veelzeggender zou het zijn als de CEO’s hadden opgeschreven dat banken per 2016 zullen rapporteren over hun totale carbon footprint: het door hen gefinancierde deel van de uitstoot van broeikasgassen door de bedrijven en projecten waarin ze in investeren, inclusief de uitstoot door de toeleveranciers van die bedrijven. Ook had men zich eraan kunnen committeren dat ze die uitstoot elk jaar met een significant percentage omlaag zullen brengen.

Veel banken lopen hierin fors achter op bijvoorbeeld pensioenfonds ABP, dat in oktober nieuw beleid publiceerde waarin staat dat de uitstoot van CO2 door de bedrijven waarvan ABP aandelen heeft bezit, in 2020 gedaald moet zijn met 25%. Collega-pensioenfonds PfZW gaat nog een stap verder, en heeft de afrekenbare ambitie geformuleerd dat ‘wij in 2020 de CO2-uitstoot van ondernemingen waarin we beleggen hebben gehalveerd.’

De CEO’s schrijven ook dat banken ‘er naar streven om de verduurzaming van de Nederlandse woningvoorraad en ander vastgoed te versnellen’. Positief, maar er mist hier wel ambitie. De CEO’s hadden er goed aan gedaan door ook op te schrijven dat men binnen enkele jaren alleen nog in klimaatneutrale nieuwbouw investeert.

De CEO’s schrijven verder dat banken ‘de dialoog en samenwerking aan gaan met de maatschappij rondom wereldwijde klimaatadaptatie en -mitigatie en de financiering daarvan’. Dit is een heel belangrijk punt, maar te vaag omschreven. Het zou goed zijn als banken aangeven bereid te zijn om hun aandeel te leveren aan het private deel van de Nederlandse klimaatverplichtingen in het kader van internationale afspraken.

De CEO’s ‘moedigen de Nederlandse regering, ook in haar hoedanigheid als toekomstig voorzitter van de EU, aan om in te zetten op bindende, effectieve Europese klimaatdoelstellingen’.  De CEO’s voegen hier, ten onrechte, aan toe: ‘De bijdrage die banken kunnen leveren aan het klimaat vraagstuk is wezenlijk, maar beperkt.’ De CEO’s benadrukken (terecht) dat overheden doelen stellen om niet meer dan 2 graden temperatuurstijging te realiseren, en zeggen daarbij: ‘Die doelen dienen eveneens het level-playing field in de markt te waarborgen.’

Allereerst is het merkwaardig dat banken schrijven dat hun bijdrage aan de aanpak van het klimaatvraagstuk maar beperkt is, gelet op alleen al de honderden miljarden aan kredieten en beleggingen van banken in woningbouw, vastgoed, landbouw en de (fossiele) energiesector. Ten tweede is het spijtig dat de banken de regering niet oproepen om in te zetten op ambitieuze Europese klimaatdoelstellingen. Ten derde is het bevorderen van een level-playing field in de markt een begrijpelijk doel vanuit oogpunt van de banken, mits dit niet blijft hangen op het niveau van de minst ambitieuze overheden en bedrijven, die goede klimaatafspraken in de weg staan. Hierbij is het tevens van belang dat banken de bedrijven die er bekend om staan dat ze lobbyen om klimaatambities van overheden af te zwakken actief aanmoedigen om deze onzalige lobbies te staken.

Het is tenslotte positief dat de CEO’s ‘de regering aanmoedigen om tijdens het EU-voorzitterschap klimaat als topprioriteit te beschouwen en werk te maken van een effectieve CO2-prijs.’ Het is echter een gemiste kans dat de CEO’s de overheid niet aansporen tot verdere vergroening van het belastingstelsel en het uitfaseren van subsidies voor het gebruik van fossiele brandstoffen.

Wereldwijd worden iedere minuut miljoenen subsidie verstrekt aan de fossiele energiesector.[1] In 2014 riepen 367 investeerders wereldwijd nog overheden op om ‘plannen te ontwikkelen om subsidies voor fossiele brandstoffen uit te faseren’.[2]

Nederlandse banken zouden deze oproep over kunnen nemen. Banken zouden de overheid verder kunnen aansporen om de huidige herziening van het belastingstelsel aan te grijpen voor een verlaging van de belastingdruk op arbeid en een verhoging van belasting op het gebruik van primaire grondstoffen, fossiele energie en mobiliteit. Banken zouden hiermee de oproep van Europese Commissie, OESO, IMF, Eurogroep en ILO voor een aanpassing van belastingen van arbeid naar grondstofgebruik en consumptie ondersteunen.[3]


Echter, het allerbelangrijkste mist nog:

Nergens in het statement noemen de CEO’s concrete doelstellingen voor de verduurzaming van hun investeringen en de vermindering van de door hen gefinancierde uitstoot van broeikasgassen. Ze zijn dan ook nergens hard aanspreekbaar op.

Iedere kolencentrale die nu nog gefinancierd wordt, gaat de komende 30 jaar CO2 uitstoten: er is een onmiddellijke stop op dergelijke investeringen nodig. Van de banken die hun verantwoordelijkheid voor het klimaat serieus nemen verwachten we daarom dat ze hun investeringen in de fossiele energiesector, met steenkool voorop, op zo’n kort mogelijke termijn stopzetten. En investeringen in duurzame energie fors vergroten.

Ook stellen banken zichzelf geen concreet doel ter vermindering van de door hen totaal gefinancierde uitstoot van broeikasgassen. Banken zouden tenminste een verminderingdoelstelling analoog aan die van de Europese Unie als geheel moeten formuleren.

Verzoek aan de CEO’s van banken:

We moedigen de CEO’s van banken op om alle mooie woorden en goede voornemens uit het statement te vertalen naar ambitieuze, concrete en meetbare doelen om klimaatverandering via de investeringen van banken daadwerkelijk tegen te gaan en om concrete doelstellingen (KPI's) te formuleren waarop banken afgerekend kunnen worden.

Op 5 november zal de Eerlijke Bankwijzer een praktijkonderzoek publiceren over investeringen van banken in energiebedrijven.

Namens de Eerlijke Bankwijzer www.eerlijkegeldwijzer.nl/bankwijzer & Banktrack www.banktrack.org

Meer informatie:

Jules van Os,  Oxfam Novib, 06-51573683
Ingrid van den Berg, Milieudefensie 06-29593872

[1] http://www.theguardian.com/environment/2015/may/18/fossil-fuel-companies-getting-10m-a-minute-in-subsidies-says-imf?CMP=share_btn_tw
[2] https://www.db.com/cr/en/docs/GlobalInvestorStatement2014_Final.pdf
[3] http://www.ex-tax.com/files/4314/1693/7138/The_Extax_Project_New_Era_New_Plan_report.pdf

Thank you for submitting

Your message has succesfully been placed

×